Voorzitter,

Het is duidelijk dat de minister het verzoek van de raad om uitstel van bekostiging van de islamitische school te verlenen niet door de minister wordt gehonoreerd. Dat wisten we eigenlijk ook al toen we het raadsbesluit hierover namen, maar in het kader van niet geschoten altijd mis, hebben we het als raad toch geprobeerd.

 

De ChristenUnie zal het voorstel van B&W zoals het nu voor ons ligt steunen. Dat houdt in dat we willen dat de school per augustus 2005 wordt gefinancierd zoals dat voor alle nieuwe scholen in Hilversum geldt.

 

We gaan niet mee met geluiden over het alsnog onderzoeken van mogelijkheden om de school tegen te houden of restricties op te leggen.

 

We hebben in Nederland vigerende wet en regelgeving, we hebben vrijheid van onderwijs en we hebben een onderwijs inspectie. Als er twijfels in deze raad leven over het integrerend vermogen van de school en als er twijfels bestaan over het bijbrengen van burgerschapsnormen aan de kinderen dan vinden we dat een ernstige zaak. Feit is echter dat de school er komt. Daarover kunt u allen hoog en laag springen.

 

Wij stellen dan ook voor dat de raad het college opdraagt om contact te zoeken met de onderwijsinspectie, zodat duidelijk is dat er zorgen leven in de raad, en zodat er door de onderwijs inspectie kan worden gecontroleerd in hoeverre de school inderdaad haar boekje te buiten gaat of juist binnen de wettelijke grenzen opereert.

 

We kunnen ook als raad of als commissie een bezoek aan de school brengen zodra deze geopend is, zodat we met eigen ogen de situatie in ogenschouw kunnen nemen.

 

We herhalen nog maar eens wat ik ook heb gezegd in de raadsvergadering van Juli 2004. In 1848 is de eerste Nederlandse Grondwet van kracht geworden. Daarmee wonnen de protestanten en katholieken in ons land een slag, die later de schoolstrijd werd genoemd. Voorzitter, we mogen er trots op zijn dat iedereen in dit land, ongeacht welke religie of levenswijze zij aanhangt een school mag oprichten. Daar is hard voor gevochten. En dat recht moeten we koesteren. Het is nota bene grondwettelijk vastgelegd. En dat is nu nog belangrijk om mensen de mogelijkheid te geven zich te ontwikkelen volgens hun eigen idealen.

Ook al zijn we inmiddels 150 jaar verder, verandert de situatie in dit land, hebben we te maken met inburgeringproblematiek en een verdere radicalisering van de samenleving. Als mensen, allochtoon of autochtoon, gelovig of ongelovig een nieuwe school willen oprichten, dan moet dat kunnen. Sterker nog het is niet tegen te houden.

 

We brengen integratie niet dichter bij door hier in deze zaal te proberen, een islamitische school tegen te houden. Zeker, we moeten nadenken over het bijbrengen van burgerschapszin aan jonge islamitische kinderen die uit een geheel andere cultuur komen, en waarvan het soms inderdaad twijfelachtig is of bepaalde personen in die cultuur veel op hebben met de Nederlandse cultuur, laat staan die waarden willen overbrengen op hun kroost, maar de geeigende weg is dan niet het tegenhouden van scholen, maar de dialoog aan te gaan met die scholen. Nu zorgen we voor verwijdering en we moeten juist dichter bij elkaar komen.